vrijdag 16 december 2016

Afscheid van Aleppo: Heb mij lief, weg van dit land van verdriet en onderdrukking.

Fragmenten uit het verhaal over Aleppo. Voor het complete artikel zie: 

"Zouhir Al Shimale duikt in elkaar als achter hem de bommen inslaan. Maar hij dwingt zichzelf door te gaan met zijn verslag: “Doden in de straten, totale chaos hier”.
Sinds ruim 100 dagen geleden de definitieve belegering van Oost-Aleppo inzette, zet hij alles op alles om de communicatie met de buitenwereld gaande te houden.
Zijn twitteraccount toont de woorden die hij voor internationale zenders talloze keren herhaalde:
Dozens of airstrikes, barrel bombs.
Displaced people, homeless.
Death on the roads.
Stuck people under rubbles!
De berichten eronder klinken steeds meer als noodkreten vanuit een naderend een einde. Maar opgeven wil hij niet. “Ik hoop zolang ik adem.”
Afgelopen zomer sprak Zouhir via skype bij het 75 jarig jubileum van Vrij Nederland. De bomvolle stadsschouwburg hield de adem in terwijl hij sober en vermoeid vertelde over het leven in zijn geteisterde stad.
Deed ik het goed?” vroeg hij me enkele uren later. Toen hij de volgende dag een foto van de volle rijen zag, schrok hij zich een ongeluk bij de gedachte dat hij honderden mensen toegesproken had.
Hij kon toen niet vermoeden dat hij voor een miljoenenpubliek zou gaan getuigen hoe burgers in het omsingelde Oost-Aleppo worden afgeslacht.
…”


...In de ochtend van 15 december komen de voorbereidingen voor de "evacuatie" op gang. Het wordt een ongewis traject zonder internationale waarnemers naar een gebied dat evenmin veilig is. Bewoners voor wie het noodgedwongen vertrek een deportatie is, laten afscheidsberichten achter op de restanten van hun huizen. Er staan melancholieke woorden van de overleden Syrische dichter Nizar Qabbani over een vertrek dat als een deportatie voelt:
Heb mij lief, weg van het land van verdriet en onderdrukking,
weg van onze stad die vol dood is.”
Maar ook strijdlustiger berichten achter: “We zullen terug keren, Aleppo.” En: “Onder elke vernield gebouwd liggen families met hun dromen begraven door Assad en zijn bondgenoten.”
Als het eerste transport van gewonden naar Turkije en het platteland van start gaat, staat Zouhir te midden van getoeter en loeiende sirenes verslag te doen voor internationale zenders. Een dag later verschijnt hij tegen een achtergrond van gehavende gevels: “Dit is de laatste boodschap. Ik ben nu klaar om te vertrekken.” Terwijl hij zijn publiek bedankt, valt het geluid weg. Al snel volgen berichten dat de evacuatie weer averij oploopt. Wie het werk van Zouhir de afgelopen maanden volgde, kan maar een ding wensen: Moge hij veilig wegkomen nadat hij voor een wereld die grotendeels wegkeek, een van de ogen en oren vanuit Aleppo was.”

(Twee dagen later komt het bericht dat Zouhir Oost-Aleppo heeft verlaten)